1. Water, veel water…
De basis om pasta goed te koken is water. Je hebt 1 liter water nodig per 100 g droge pasta. Dus ook een grote pot met hoge randen om het overkoken te vermijden (niet meer dan ¾ vullen). Voor lasagne moet je een nog grotere pot voorzien, want de lasagnevellen hebben veel plaats nodig.
2. De regel van 1-10-100
Heb je 1 liter kokend water voorzien voor 100 g pasta? Vergeet dan niet om voor deze verhouding 10 g zout toe te voegen. Voeg het zout toe zodra het water begint te koken. Zout is onmisbaar, het brengt de smaak van de pasta naar boven en houdt de pasta goed in vorm.
3. Vergeet olie… heiligschennis!
Gebruik olie enkel voor het koken van lasagne. Zo vermijd je dat de lasagnevellen aan elkaar kleven. Als je olie gebruikt bij het koken van pasta, hult het vet zich om de pasta heen en houdt het de saus op afstand, wat jammer zou zijn …
4. Roer regelmatig
Korte pasta gooi je in de pot terwijl je lange pasta in het water laat glijden naarmate hij zachter wordt. In beide gevallen mag je niet vergeten om te roeren met een houten lepel om het kleven te vermijden. Zorg er ook voor dat de pasta kookt op een stevig vuurtje … en zonder deksel!
5. Op de minuut…
Begin pas af te tellen zodra het water begint te koken. Vertrouw op de voorschriften op de verpakking, want de kooktijd hangt af van de vorm en de samenstelling van de pasta.
Het geheim: de spadellata
Sauter de pasta in een pan (de “padella”) net voor het serveren. Zo hecht de saus zich beter aan de pasta en is het perfect warm bij het opdienen. Een must!
6. Proef voor het afgieten
Aarzel niet om de pasta, een minuut voor het einde van de kooktijd, te proeven. Als de pasta vanbinnen nog wit is, betekent dit dat het nog niet helemaal gaar is. Wacht tot de paste doorschijnend en soepel is. De Italianen eten hem “al dente”, met andere woorden: zacht vanbuiten en licht krokant vanbinnen. Wat verse pasta betreft, deze is gaar wanneer hij aan het wateroppervlak komt drijven.
7. Niet spoelen
Zelfs in Italië leidt dit tot discussie. Sommigen vinden dat als je pasta spoelt, je het zetmeel eruit haalt. Dat zetmeel zorgt net voor de lekkere smaak van de saus. We zijn het met hen eens. Voorzie 2 lepels kookvocht om de pasta goed te kunnen mengen met de saus. Als je de pasta niet meteen opdient, voeg er dan wat olijfolie aan toe zodat de pasta niet gaat kleven.
