Verwarm de oven voor op 200°C. Snij de sinaasappel doormidden en hou een schijfje apart voor de afwerking. Rasp de zeste van de sinaasappel en pers de vrucht uit. Snij de stronken witloof overlangs doormidden. Laat in een braadpan de cassonade smelten op een middelhoog vuur en blus met het sinaasappelsap. Leg de witloofhelften met het snijvlak naar onder in de pan en laat 2 min garen.

Schik het witloof met het bakvocht in een taartvorm. Bedek met het bladerdeeg en vouw de randen om naar binnen. Bak ongeveer 20 min in de oven. Haal uit de oven en keer de vorm voorzichtig om op een serveerschaal. Hou warm.

Laat op een hoog vuur de boter smelten in een pan en bak de sint-jakobsnoten goudbruin, 2 min per kant. Kruid met peper en zout. Schik de sint-jakobsnoten op de taart, garneer met sinaasappelzeste, tijm en het sinaasappelschijfje.